Oliefabriek "De Vrede" is ontstaan uit de oliemolen "de Vrede" die in 1750 werd gebouwd aan de Tapsloot te West Knollendam, de molen werd in 1872 gesloopt en vervangen door een gelijknamige stoom-olieslagerij.

In 1845 begaf Willem Kaars Sijpesteijn zich in het olieslagersvak door aankoop van molen "de Vrede en later ook molen "de Bakker "vanuit deze aankopen ontstond een weverij en een oliefabriek, ik richt mij op de oliefabriek.

De fabriek produceerde lijnolie voor de Nederlandse Linoleumfabriek welke ook in handen was van dezelfde familie.

Op 30 November 1936 besloten de heren Kaars Sijpesteijn de fabriek Crok&Laan over te nemen die in zwaar weer zat.

De fabriek bleef tot de jaren 50 Lijnolie produceren.

Daar men bij Crok&Laan in Wormerveer zeer vindingrijk was ontdekte men dat vanwege de hoge cacaoboter prijzen met misschien best mogelijk was om een vet te maken wat de cacaoboter kon gaan vervangen. Na een lang onderzoek werd besloten om de fabriek "de Vrede" in 1955 om te bouwen naar een droog fraktioneerfabriek. Deze fabriek was erg gesloten en alleen toegankelijk voor het personeel wat daar werkte, omdat een buurbedrijf erg belangstellig was. ( In die tijd werd er nog geen patent aangevraagd ).

Al gauw wist men deze gefraktioneerde vetten te verbeteren door het te harden ( de Koetjesreep van Boon was geboren )

De Fabriek "de Vrede" heeft tot 1992 dienst gedaan, in Wormerveer werd een moderne droogfraktioneerfabriek gebouwd, waardoor de oude fabriek in West Knollendam in 1993 werd gesloopt.

Een deel van het invertaris werd verscheept naar Egypte waar midden in de woestijn met dit invertaris een droog fraktioneerfabriek werd gebouwd, deze is later in vlammen opgegaan.

Crok&Laan heeft zich later verder gespecialiseerd in cacaoboter vervangende vetten waaruit het huidige moderne bedrijf is ontstaan.